Het Gemeenlandshuis uit begin 1500 is het oudste woonhuis van Delft. Zoals je ziet, was de eigenaar nogal rijk. Dit was te danken aan de grote bierproductie in de stad, want hij inde daar namelijk een soort belasting op.
Delft heeft voor zo’n kleine stad behoorlijk veelzijdige architectuur en dat is vooral te danken aan een paar getalenteerde TU-studenten. Het botenhuis van Laga uit 1926 is het duidelijkste voorbeeld van de Amsterdamse Schoolstijl in Delft.
Vlakbij het station in Delft staat een 19e-eeuws pand in neoclassicistische stijl. En iets verderop, staat werkelijk een exacte kopie. De gebouwen staan aan de Westvest destijds een statige singel met bomen.
In 1914 werd een compleet nieuw boothuis vastgemaakt aan een 16e-eeuwse toren. Het ontwerp kwam van Han van Meegeren, later beroemd als meestervervalser van Vermeer.
Het monumentale station Delft uit 1885 heeft talrijke versieringen. Het is nu in gebruik als restaurant, want inmiddels is het station vervangen door een gloednieuw exemplaar.
Op voormalig militair oefenterrein verrees in 1915 de bibliotheek van de Technische Hogeschool (de latere TU Delft). Het prachtige gebouw is ontworpen in twee bouwstijlen, de neorenaissance en de neoclassicistische stijl.
Inwoners van Delft noemen hem de Oude Jan, of Scheve Jan. Op Tripadvisor is het ‘de toren Pisa van Delft’. De toren van de Oude Kerk staat dan ook bijna 2 meter uit het lood.
Het pand werd oorspronkelijk gebouwd als faculteit Scheikunde, vandaar de watertoren (voor als een scheikundig proefje zou mislukken). Nu hebben de studenten Bouwkunde er les.
Dit prachtige 18-eeuwse pand in Lodewijkstijl werd gebouwd als school voor talentvolle wezen. Het heeft tal van bijzondere details. In het achterhuis zie je een bijvoorbeeld een kindervoetjes-vloer, gemaakt door met blote voeten gedoopt in donkere verf, over een lichte gebeitse vloer te lopen.
Dit stoere gebouw uit 1932 is nu een culturele en culinaire hotspot: Bacinol 2. De naam Bacinol dankt het gebouw aan geheime experimenten tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Volgens velen de meest romantische plek van Delft: de middeleeuwse Oostpoort, aan de rand van het centrum. Het is de enig overgebleven stadspoort van de stad.
Steeds meer industriële panden krijgen (gelukkig) een nieuwe bestemming. En Lijm en Cultuur is daar een geweldig voorbeeld van, het is nu een culturele hotspot.
Het Prinsenhof is natuurlijk vooral bekend vanwege zijn beroemde bewoner, prins Willem van Oranje. De prins is daar op 10 juli 1584 vermoord, de kogelgaten zitten nog in de muur.